Voerrobot en bodemvocht­sensoren

In 2011 nam Coen Overvest het roer over van zijn ouders, waarmee het melkveebedrijf een vierde generatie familiebedrijf werd. Het omvat 180 melkkoeien en beslaat 70 hectare grond. “Mijn motivatie is altijd geweest om te kijken of er dingen te verbeteren zijn. Ik probeer de goede dingen van vroeger mee te nemen. En met nieuwe technieken te kijken wat daaraan te verbeteren is”, vertelt Coen. Innoveren is geen nieuw concept voor de familie Overvest. “Mijn opa schafte in 1951 al een trekker aan. En mijn vader schakelde al vroeg over van grupstal naar de ligboxenstal”, zegt Coen. Deze vooruitstrevende instelling zet Coen door in zijn eigen bedrijfsvoering. “Ik heb interesse in nieuwe technieken, dingen uitproberen, de uitdaging zoeken. Dat vind ik een leuk onderdeel binnen het bedrijf.”

Voerrobot voor gezondheid en efficiëntie

Vanuit de behoefte om schommelingen in het voeraanbod van de koeien tegen te gaan, zocht Coen naar een hulpmiddel. “Sinds 2015 werken we met een voerrobot. Die zorgt ervoor dat de koeien gelijkmatig voer krijgen en maakt meer differentiatie mogelijk. Nu hebben we verschillende rantsoenen voor melkkoeien, voor kalveren, twee voor droge koeien en twee voor pinken”, licht Coen toe. “Qua melkproductie hebben we een klein stapje teruggedaan. Maar de gehaltes zijn dusdanig gestegen, dat we uiteindelijk meer kilogram vet en eiwit hebben. De benutting van mineralen en de voerstromen binnen het bedrijf zijn verbeterd”, legt Coen uit. En hij voegt daar nog aan toe: “De gezondheid van de dieren is ook een stuk vooruit gegaan. Lebmaagkoeien en melkziekte komen nauwelijks meer voor. We zetten in wat de koeien nodig hebben”.

Beregeningsysteem: gericht handelen op basis van data

Naast de voerrobot maakt Coen gebruik van een beregeningsysteem. “In 2021 zijn we vanuit de Nationale Proeftuin Precisielandbouw gestart met bodemvochtsensoren en een weerstation”, legt Coen uit. “Deze sensoren geven me veel informatie, bijvoorbeeld wanneer het gras begint te lijden onder droogte. Daardoor kan ik veel specifieker handelen en bijsturen.” Ondanks dat natte jaren de bodemvocht­sensoren minder nuttig maken, biedt de technologie ook waardevolle inzichten in bodemtemperatuur, wat ook helpt bij het optimaliseren van bemesting.

Experimenteren met luchtdrukwisselsysteem

Dat Coen wel van een experiment houdt, blijkt uit het feit dat hij afgelopen jaar startte met een luchtdrukwisselsysteem voor de banden van de trekker, een technologie die in de akkerbouw al gemeengoed is. Met zachtere banden wordt de bodem minder belast, wat essentieel is voor de lange termijn vruchtbaarheid van het land. “Met zachte banden kunnen we veel langer het veld op om vers gras te halen, ook bij natte omstandigheden”, zegt Coen. 

Kan iedereen innoveren?  

Innovatie brengt niet alleen voordelen met zich mee, maar ook uitdagingen. “Omdat je nog niet weet of het werkt, weet je ook niet of de investering uit kan”, zegt Coen. Subsidies en netwerken spelen hierbij een cruciale rol. “Subsidies geven je een steuntje in de rug om risico’s te nemen en innovaties uit te pro­beren”, vertelt hij. Daarnaast vereist het implementeren van nieuwe technieken veel tijd en moeite. “Er zijn er ook zat die er niet aan moeten denken. Het kost tijd en gedoe, maar je moet er ook de lol van inzien”, aldus Coen. Zijn motivatie en nieuwsgierigheid zijn belangrijke drijf­veren in het voortdurend zoeken naar manieren om zijn bedrijf te verbeteren.

Coens blik op de toekomst 

Coen ziet een grote rol voor innovatieve systemen in de toekomst van de melkveehouderij. Hij gelooft dat techno­logieën zoals AI steeds belangrijker zullen worden. “Je ziet nu al dat gegevens aan elkaar gekoppeld worden en dat er dan een ziektebeeld van een koe uitkomt”, zegt Coen. Hij verwacht dat deze trend zich verder ontwikkelt, wat kan leiden tot nog geavanceerdere methoden voor het beheren van de gezondheid en productiviteit van vee. Hij hoopt bijvoorbeeld dat het meten van ureum in de toekomst nog versimpeld wordt. Coen moedigt andere boeren aan om open te staan voor innovatie, maar benadrukt het belang van eenvoud en praktische toepasbaarheid van innovaties. “Als iets te moeilijk, te bewerkelijk is om te integreren, houdt het voor mij op”, zegt hij nuchter. Hij adviseert collega’s om te
kijken naar hun eigen interesses en bedrijfsomstandigheden om te bepalen welke innovaties voor hen het meest waardevol zijn. “Begin klein, experimenteer en kijk wat werkt voor jouw bedrijf. Het hoeft niet allemaal in één keer.”